dinsdag 23 juni 2009

Daar ben ik dan nog een keer. Collega Ad was benieuwd hoe het mij was vergaan na de terugkeer in Frankrijk. In eerste instantie heb ik het wat het fietsen betreft rustig aan gedaan. De woensdag erna ben ik weer op de fiets gestapt met de club en kwam tot de ontdekking dat het de eerste helft van de avond goed ging en dat de tweede helft moeizamer. Of het nu kwam door het hoge tempo weet ik niet want iedereen om me heen begon op een gegeven moment te zuchten en te steunen. De keren erna ging het wel goed hoewel ik niet de indruk heb dat het nu allemaal vanzelf gaat.

Wat ik wel bemerk is dat een aantal buurmannen ineens niet meer zo’n zin hebben om met me mee te fietsen. Ik vermoed dat het te maken heeft met de prestatie die in Frankrijk is neergezet en men verwacht dat ik nu een niveau heb waar mening tour de France deelnemer alleen van kan dromen. Ondanks mijn pogingen om de prestatie te relativeren is het me nog niet gelukt ze mee te krijgen op de fiets.

Wat ik wel mis is het heldere doel dat ik iedere keer weer voor ogen hield als ik die fiets op stapte. Nu dat doel gerealiseerd is ben ik op zoek naar een nieuw doel. Voorlopig zijn naast de gezelligheid van ons peloton, de lichamelijke conditie en het op peil houden van mijn gewicht de doelen waarmee ik me bezig houd. Maar dat ultieme doel ontbreekt op dit moment. Dus wie weet ga ik ervoor om volgend jaar 7 keer die berg op te gaan. Dat ik daarbij Ad als enige expert van de troon stoot is voor mij een extra motivatie.
Eerst de boel nog maar even laten bezinken, want als ik er voor ga wil ik er ook voor de volle 100% voor gaan en daar moet het thuisfront dan ook achter staan.

Hans

maandag 22 juni 2009

Zo langzaam aan verzanden we weer in de vaste regelmaat zoals we die gewend waren. De zaterdag voor de boodschappen en de klusjes. De zondagen voor het vaste rondje fietsen, de visite’s en de overige sociale verplichtingen. De foto’s zijn bekeken, de verhalen zijn verteld. Sommige mensen reageren vol bewondering en nemen zich voor het volgend jaar ook mee te doen, anderen vragen aan Karin of ze ook mee gefietst heeft en zo laat ieder op zijn eigen manier blijken dat ze het gevolgd hebben.

Via een aantal kleine dingen word je nog geconfronteerd met het verblijf in Frankrijk. Zo is het aantrekken van je broek met die stoppels op je benen toch wel een behoorlijk apart gevoel. Als ik de ijskast open doe zie ik de bak vol met gelletjes repen en tubetjes die ik vergeten was om mee te nemen naar Frankrijk. In mijn sokken zit nog de rode vlek van het laatste restje Extran dat via het frame mijn schoenen in liep. Dat ging er niet uit in de was. Van dat laatste restje komen overigens ook de vlekken in het klittenband van mijn schoenen vandaan. Stille getuigen van een roemrucht verleden zoals dat wel eens mooi wordt gezegd.

Voor het fietsen ben je weer aangewezen op het vaste groepje en het vaste rondje. Na het verdwijnen van de lichamelijke ongemakken heb ik dat al vrij snel weer opgepakt. Opgemerkt moet worden dat ik sinds mei wel veel vaker op kop rij en dat ik met redelijk gemak de gaatjes dicht rij. Gaf ik in het verleden aan dat ik al zolang fietste dat trainen niet nodig was. Nu ben ik toch wel van het tegendeel overtuigd.

Hoewel het niet omhoog gaat is het toch ook wel weer lekker om in vliegende vaart de Brouwersdam te nemen of in een uur en een kwartier de helft van het eiland rond te stuiven. Het enige dat eigenlijk anders is, zijn de blikken en de vragen wat heb jij nou voor shirt aan. Als je dat dan verteld, hebben de meeste het gevolgd op de radio of er wat van gezien op TV. En dat is dan toch weer meer aandacht als vorig jaar.

Verder kijk ik uit naar de bijeenkomst volgende week zondag bij Ben, ik ben namelijk wel benieuwd hoe het “afkicken” bij iedereen verlopen is. Of er mensen zijn die hun fiets op markplaats hebben gezet of juist zich voor genomen hebben om nu het begin er is de zomer door te trappen. Verder ben ik van mening dat even los van de plannen het toch ook wel leuk is om eens in de paar maanden een Alpe d’Achmea reünierondje te rijden. Als iemand een leuk rondje weet, maar het kan ook een toertocht zijn van een beetje afstand, zowel klimmend als vlak. Gewoon om weer eens een stukje naast elkaar te fietsen.
Op zich lijkt me dat wel leuk, de vrouwen of mannen parkeren we ergens in voor mij part Valkenburg op het terras onder aan de Cauberg, het terras in la Roche of in het centrum van Maastricht en we kunnen de hele dag alle bekende molshopen van Limburg beklimmen. Immers na de ervaringen op de Alpe d’Huez kan dat alleen maar mee vallen. Ik hoop de meeste van jullie volgende week te zien en ik ben toch ook wel benieuwd hoe mijn webloggende collega de weken na Frankrijk heeft ervaren.

woensdag 17 juni 2009

Nog geen week geleden schreef ik mijn laatste stukje, en nu kom ik er al weer op terug. Op een of andere manier kan ik mijn draai niet vinden. Het fietsen dient nu uitsluitend voor het vermaak en geen doel meer. Verder is het natuurlijk een week geweest waarin erg veel gebeurde en de kille sleur van alle dag steekt daar schril bij af.

Aan wat extra’s doen kom je amper toe, al gauw zit je weer op de eindeloze reeksen foto’s en filmpjes te kijken, naar jezelf en naar mensen die je kent. Dan zie je weer het steile stuk net vanaf de camping, de bocht waar Karin en Jeanne hebben staan vlaggen. De Heino bocht en de bocht waar Hans en Geesje zaten waar ik steeds heel even stopte. Het kerkje bij bocht zeven en de dames met de paarse pruik, daar waar je even het ergste gehad had. De ligging van het dorp boven op de berg, die walgelijke rode marmot, het dorp en last but not least Betty.

En als je dan zo naar die foto’s kijkt en denkt aan de vierde juni, hoe pijn alles deed, hoe zwaar het was en hoe verschrikkelijk je hebt afgezien. Dat, maar ook de trots, de emotie die je voelde iedere keer als je in het dorp Alpe d’Huez over de finish reed. Dat gevoel komt steeds weer terug, als je erover verteld. Maar ook als mensen je complimenteren met je prestatie, denk je onwillekeurig aan wat je er voor hebt moeten doen maar ook wat je gepresteerd hebt.

Iedereen die gefietst heeft is als held geëerd, en heeft aan respect gewonnen, of je nu één maal of negen maal naar boven bent geweest en iedereen heeft respect voor elkaar. Dat maakt dat je een goed gevoel aan de week hebt over gehouden en een goed gevoel aan de hele periode die er aan vooraf is gegaan. Hoewel de trainingen misschien ook wel anders kunnen en als het thuisfront daar meer bij betrokken wordt scheelt dat misschien ook wat onenigheid. Maar goed nu is het voorbij en wat nu.

Ik ben nooit zo behept met hype’s en stromingen, maar ik heb regelmatig de term Alpe d’Huzes virus horen vallen. En hoewel het tegen mijn principe’s is zou het zo maar zo kunnen zijn dat ik daar last van heb. Naast de magnifieke week, hoewel ik een hele zware dag heb gehad en daar een aantal dagen lichamelijk van van slag ben geweest, wil ik eigenlijk niets liever dan weer die berg op. Dit ondanks de afspraak met Ad Timmermans dat we net zo vaak de elf stedentocht zouden fietsen tot we bij het loketje bijzondere prestatie’s ons af moesten melden. Dat is bij tienmaal en daar had ik er al zeven van gedaan.

Het gevoel was er eigenlijk al bij het vertrek, en ik heb het nummer van mijn huisje onthouden. Ik was echt in de veronderstelling dat mijn vorige weblog de laatste was, maar Leo’s mailtje heeft mij op andere gedachten gebracht. Zo een fijne week, zo een fijn clubje en zo’n fantastische prestatie, dat kan toch niet zomaar hierbij ophouden. Dus zeg het maar, zonder afbreuk te doen aan de collega’s van kantoor en die van Jose, willen jullie dat ik de enige expert blijf die zes keer op een dag naar boven is gereden?

maandag 8 juni 2009

Ook van mij heeft u nog een laatste stukje tegoed.
Ik ben op maandagmorgen vroeg vertrokken en heb onderweg Harold Heerdink opgehaald. Samen zijn we naar Frankrijk vertrokken waarbij de reis voorspoedig verliep. Net voor Lyon belde de teamcaptain Leo ons nog op en deelde mee dat hij nog even met de auto de berg op was gegaan. Hij was tot de conclusie gekomen dat de berg nog erger was dan hij zich van vorig jaar kon herinneren. Dit waren nu niet echt de motiverende woorden waarop we zaten te wachten. Met wat overredingskracht heeft hij weten te voorkomen dat we de eerste de beste afslag op de snelweg zouden pakken en weer terug zouden gaan.
Na op de camping aangekomen te zijn en ons huisje betrokken te hebben kregen we de eerste verhalen al van Ad en Ad (onze buren) te horen. Zij waren die dag al een keer op de fiets naar boven gegaan en dat viel vies tegen. Ook dit waren zeer “motiverende” woorden. Tijdens het avondeten kwamen we Harrie, Henk en Theo tegen die inmiddels ook al een keer naar boven waren geweest. Ook die verhalen waren niet echt positief.
Na een korte woelige nacht op dinsdag zelf maar eens proberen die berg op te fietsen om te kijken wat me allemaal te wachten stond en welke tactieken er bedacht moesten worden voor de donderdag. Met het “gewone” Hollandse verzet en in een normaal tempo de berg opgegaan. Na de klim kwam het geloof in het eigen kunnen weer wat terug. Alleen of ik het klimmen een hele dag zou kunnen volhouden, daarover ontstond wat twijfel bij mij. Zeker omdat ik toch zo’n 20 kg zwaarder ben dan de meeste aanwezigen en elke kilo telt als je een berg op moet fietsen. Al zou ik mijn fiets 10 kilo lichter maken (dan heb ik geen fiets meer en hou ik alleen nog mijn bel over) bleef ik nog veel zwaarder dan de gemiddelde renner. Om de donderdag toch zo lang mogelijk te kunnen meemaken op de fiets heb ik een extra tandwiel gemonteerd die mij op de momenten dat ik het nodig had wat verlichting kon geven.
Na een onrustige woensdag, had geen rust in mijn kont, was eindelijk de donderdag aangebroken. Na eerst de massa bij de start uitgezwaaid te hebben ben ik rustig in mijn eentje op pad gegaan. Zo’n berg op fietsen moet je toch helemaal alleen doen. Alle vooraf bedachte tactieken en technieken heb ik zoveel mogelijk toegepast wat resulteerde in een prachtige onvergetelijke dag waar ik van genoten heb. Dit ondanks alle ongemakken die op zo’n dag ontstaan maar die ik bewust die dag genegeerd heb.
De vrijdag stond in het teken van bijkomen en nagenieten. Het feest was een perfecte afsluiting wat ik niet had willen missen. Zeker als je hebt mogen dansen met onze teamcaptain Leo.
De zaterdag weer vroeg naar huis vertrokken. Het was tijdens de stops soms wat moeilijk uitstappen. Dit omdat de spieren in mijn bovenbenen nog niet echt genegen waren om een inspanning te verrichten. Kleine ongemakken die voor mij de bevestiging waren dat ik mijn best heb gedaan.
Wat betreft de organisatie, de vrijwilligers en de supporters schieten woorden tekort. Een ding weet ik zeker, niet alleen de renners hebben een topprestatie geleverd maar ook deze mensen hebben ongekende prestaties geleverd.
Al met al een fanstatische week gehad met emotionele momenten en momenten van vreugde. Ik voel me een bevoorrecht mens dat ik dit heb mogen meemaken en zal er nog lang aan terug denken.

Hans
Dat was het dan, de dag is geweest en de trainingsrondjes worden weer wat vrijblijvender. Vanochtend ben ik maar eens begonnen met niet te gaan om me wat voor te bereiden op de komende werkweek. Alle kleverige extran vlekken zijn van de fiets gepoetst. Verder zijn alle gelletjes, waarvan de smaak lang niet voldeed aan de verwachting via de verpakking en repen die niet te knagen zijn weer ver opgeborgen. Samen met andere mierzoete of naar stopverf smakende kramp stoppers of voedingssupplementen.

Het is wel een beetje raar, je hebt je bijna een jaar voorbereid, je hebt je ding gedaan en het is over. Tussen vandaag en het laatste weblogje zit nog een stukje niks. Dat stuk heeft u nog van mij te goed.

Wij waren er als eerste al op zaterdag. Ad Timmermans was er een paar uur eerder, toen we aankwamen zat hij halverwege de berg. Ik was nog nooit in het betreffende gebied geweest en kan eigenlijk alleen maar zeggen dat het er letterlijk en figuurlijk erg klein van werd. De eerste avond zijn we met de auto naar boven gereden en ik vroeg me gelijk af of ik me ook opgegeven had als ik dit geweten had. Ik had wel gedacht dat de Alp steil was, maar zo steil.

Gaandeweg de week kwam de rest van het team binnen druppelen. Ad en ik hadden onze vrouwen meegenomen waardoor het leven zijn normale gangetje ging. In de huisjes naast ons waar alleen maar mannen zaten waren toch wel wat punten uit de eerdere weblogjes van toepassing. Mocht er een tweede keer komen dan kan ik dat toch wel aanraden in verband met de bijgeluiden en andere overlast gevende lichaamsfunctie’s. Dit met het oog op de overige campinggasten.

Zondag stukje gefietst naar een van de andere buitencategorie bergen uit de Tour de France, de Croix de Fer. Eigenlijk viel het nog niet eens zo tegen. Maandag de eerste maal met de fiets de Alp d’Huez op, dat viel wel een beetje tegen. Het heeft niet veel met fietsen te maken. Het is een soort krachtsport op de fiets. De camping liep al aardig vol en heel het dorp was gedompeld in een overdaad van Nederlanders.

Allemaal in het op het oog gelijke shirtje van Alp d’Huzes, wat zo ook zijn nadelen had voor sommigen. Zo had de organisatie klachten gekregen van de gendarmerie dat er vier in klederdracht gestoken (Alp d’Huzes shirts) in volle vaart (zeg maar 65 à 70 km. per uur) naast elkaar van de berg af waren gekomen. Ook waren er voordelen. Zo was er vanuit het cafeetje op de Croix de fer (ongeveer 40 km. van de camping) een portemonnee afgegeven die iemand had laten liggen.

Daarna begon het lange wachten. Even wat los fietsen op het vlakke, maar zeker geen inspanningen zo gaf onze coach aan. De laatkomers hadden toch nog maar even de berg op gezocht en ook zij waren geschrokken van de omvang. Vervolgens sloeg de twijfel toe. De gezichten werden strakker en het humeur wat norser. Naarstig werd naar oplossingen gezocht. De locale en de geïmporteerde fietsenmakers hadden dit voorzien en hadden tandwielen met een omvang waarvan wij het bestaan niet eens konden vermoeden meegenomen.

Het liefst zagen de zwakkere broeders dat het voor en het achtertandwiel werden omgewisseld. De tandwielen in maten die in Nederland niet of nauwelijks te krijgen waren werden haast bij de fietsenmaker uit zijn handen getrokken. Voor € 4,95 was alles opgelost. Naarstig werd er gesleuteld en gemonteerd. Of het er echt gemakkelijker door is geworden heb ik niet gehoord en is ook iets dat niet telt. Immers niemand vraagt mat welk verzet je naar boven bent gereden, maar hoe vaak. Wel denk ik dat er mensen zijn geweest die gezien hun verzet per beklimming hun ketting twee centimeter hebben opgerekt.

De dag zelf was geweldig, Alles tot in de puntjes georganiseerd. Dat wil niet zeggen dat ik het gemakkelijk heb gehad. Er zijn momenten geweest dat ik echt dacht dat ik het haar op mijn benen zag groeien, misschien komt dat omdat ik geen plaatselijk verzetje heb laten monteren. Alles met spul uit Holland en gewoon trainen. Het enige hulpmiddel is twee paracetamolletjes om kramp te voorkomen.

Rond half vier had ik zowat een waterhoofd van alle drank sponzen, zeewater en bouillon die mij zijn aangeboden. Iedereen die langs kwam vroeg of het ging en op dat moment ging het knopje om. Het kon, dus het moest ook. Het gevoel om voor de zesde maal het dorp Alp d’Huez in te rijden is onbeschrijflijk. Iedereen schreeuwt je omhoog en over de finish vallen mensen elkaar in de armen. Het raakt je best wel als je zo binnen wordt gehaald. Ik heb even Betty een hand gegeven, mijn kanjer certificaat opgehaald en ben weer vertrokken. Snel naar beneden in de kou, de douche in en een kop koffie en dan besef je pas goed wat je gedaan hebt. Zes keer de Alp d’Huez, ik zou het niet kunnen, of toch.

Ik dank graag iedereen voor de aandacht en het lezen van deze soms wat luchtige en soms ook serieuze bijdragen. Het zit er op er is een hoop geld verdiend voor de goede zaak en iedereen heeft boven zijn kunnen gepresteerd. Ik hoop dat ik heb bijgedragen aan de voorpret en het neerzetten van de prestatie en mocht iemand nog eens zin hebben in een rondje fietsen dan mag je me altijd bellen. Het ga jullie goed, en wie weet wat er in de toekomst gaat gebeuren.

Ad