vrijdag 20 februari 2009

Terwijl mijn webloggende collega zijn strijd tegen de kilo’s in rustte voortzet op Ameland zal ik proberen het Alp d’Huzes gevoel aan te wakkeren met wat nuttige informatie. Wat neem je allemaal mee als je gaat fietsen? Niet zoveel, eten, drinken maar ook wat materiaal. Als je fiets bijna uit elkaar valt, een inbussleutel en een spakenspanner, maar ik hoop dat dit bij niemand van ons nodig is. Verder fiets niet op tube’s want onderweg een nieuwe tube plakken is niet te doen. Aangezien we geen materiaal wagen met reserve wielen achter ons hebben is dat niet praktisch.

Wat wel essentieel is, is een fietspomp, een paar plastic bandafnemers (tegen het rammelen) en één of twee binnenbanden. Twee als je alleen gaat fietsen en één als je met een groep gaat. Dan kun je er altijd wel een lenen. Let wel op dat de lengte van het ventieltje kan verschillen. Het is wel van belang dat je je band ook nog op kunt pompen. Heb je een hoge velg en een kort ventiel dan werkt dat niet

De banden zijn de laatste jaren erg aan ontwikkelingen onderhevig. Jaren heb ik gereden op een bandje met een zwart loopvlak en een oranjeachtige zijkant, de laatste jaren zijn er allerlei kleurtjes mogelijk. Neem een paar goede banden, de duurdere hebben een laagje onder het loopvlak om het inrijden van steentjes te voorkomen.

Als het nat is heb je meer kans op een lekke banden omdat steentjes, glas en meer van zulk soort zaken aan je band blijven plakken en langzaam een toenaderingspoging tot je binnenband doen. Een behoorlijk gat hoor je ook als je rijdt. Een aflopende band voel je omdat je het gevoel hebt dat wegschuift in de bocht. Een nieuwe band geeft minder kans op lekke banden als een versleten band. Ook een hard opgepompte band geeft minder problemen (en minder weerstand) als een zachte. Af en toe een lekke band is echter niet te voorkomen.

Zo’n jaar of vijftien terug waren er binnenbanden die volgens de fabrikant niet lek konden. Het waren latex banden en in de advertentie drukte iemand een spijker in de band en zag je die indeuken. De banden waren ivoor wit van kleur en veel dunner als rubber. Al gauw hadden de banden de bijnaam condoom banden. Ook de voor de handliggende grapjes waren niet van de lucht. U kunt ze zelf wel in vullen, “ik red het niet met de standaardmaat”, “per meter is het goedkoper”, of “ik hou hem er naast, knip hem af, knoop erin en klaar”.

Daarmee is weer eens aangetoond dat zaken uit het fietsen ook op het dagelijks leven gereflecteerd kunnen worden. Niet alleen bij je binnenband moet je op de lengte van het ventieltje letten, maar ook bij dit soort grootspraak. De latex banden zijn niet meer te koop omdat het idee zoals dat in de advertentie werd voorgedaan in de praktijk niet werkte. De banden gingen haast nog sneller lek en waren dan ook niet meer te plakken. Plakken van de binnenbanden moet overigens met een apart plakkertje, maar daar weet de fietsenmaker dan weer meer vanaf..Als je een keer weet hoe het gaat en je fietst wat langer wordt het een soort tweede natuur, het plakken van banden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten